Beroep in beeld: vrijwillige brandweer

Beroep in beeld: vrijwillige brandweer

Elke week spreken we de beoefenaar van een ander beroep, met deze week Frank de Wit, postcommandant én vrijwilliger bij brandweer Veenendaal. We vragen hem hoeveel kopjes koffie er op een dag doorheen gaan, wat er dagelijks in zijn broodtrommel zit en wat de ins en outs zijn van het werk.

Hoe ziet jouw dag eruit?
‘Ik zit bij de vrijwillige brandweer, en heb als vaste baan kantoorwerkzaamheden als postcommandant binnen veiligheidsregio Utrecht. Ik heb de verantwoording voor de kazerne Veenendaal en de vrijwilligers. Mijn dag begint om 8 uur en eindigt om 5 uur en wordt veelal geleefd door de mail en telefoon. Ik ben onder andere verantwoordelijk voor de geoefendheid en paraatheid van de vrijwilligers, vergoedingen en declaraties, dat de bluswatervoorzieningen binnen de gemeente op orde zijn, en het doorgeven van informatie vanuit de gemeente over niet bereikbare wegen. Verder hebben we iedere dinsdagavond een oefenavond.’

Hoe vaak werd de brandweer in 2017 ingezet?
‘Er waren ongeveer 370 uitrukken. Soms heb je een week helemaal niets, maar op een stormachtige dag hebben we soms wel vijftien meldingen. En Oud en Nieuw is natuurlijk ook altijd drukker.’

Vertel.
‘Tijdens de nieuwjaarsnacht hebben we acht meldingen gehad. In de aanloop naar het 12-uurmoment rukken de vrijwilligers gewoon uit vanuit huis naar de kazerne. Bij de eerste melding na 12 uur blijven zij op de kazerne, omdat er die nacht altijd wel wat te doen is. Dit jaar was het 12-uurmoment thuis vieren van korte duur: de eerste melding was 16 seconden over 12.’

Hoeveel bakjes koffie gaan er op een dag doorheen?
‘Ik denk zo’n zeven. Bij het ontvangen van collega’s of andere mensen die op bezoek komen, drink ik daar toch even een bakkie bij. Zoals nu’, zegt hij met een lach, terwijl hij nog een slok koffie neemt. ‘Om 10 en 3 uur hebben we pauze en drinken we gezamenlijk een bak koffie.’

Welke aspect van jouw werk heb je, voordat je eraan begon, onderschat?
‘Daar moet ik heel goed over nadenken, dat heb ik volgens mij niet…’ Een bedenkelijke minuut later, heeft hij toch iets verzonnen. ‘De tijd die er buiten de normale werktijden om in gaat zitten. Bijeenkomsten met de vrijwilligers of andere postcommandanten zijn vaak ’s avonds of in het weekend.’

Wat is het vreemdste dat je hebt meegemaakt?
‘Wij gingen op een melding af van een over de kop geslagen auto op de A12. Er waren drie doden gevallen. Ik trof iemand aan die op zijn buik lag. Ik draaide hem om en zag dat hij een bivakmuts ophad. Ik deinsde een stap achteruit en vroeg me echt af wat híer nou aan de hand was. Wat bleek? Wij wisten in eerste instantie niet dat het om overvallers ging die een snelkraak hadden gepleegd en met hoge vaart op de vlucht waren geslagen. Iets later zagen we pas dat er overal geld over de weg wapperde: een aantal zakken geld waren uit de auto geslingerd.

Maar verder ook dingen als iemand die bekneld zit in een wc-pot, of iets grappigs als een paar eendjes uit een rioolbuis halen. Oh, en die keer dat we een brandmelding kregen op het industrieterrein. Gewoon in een kantoorpand, waar verder alles donker was. Wij zagen door het raam iets dat leek op dansende vlammen. De politie was erbij, een brandweerauto en een hoogwerker. Wij stonden op het punt om het hek open te knippen, toen een man in zijn badjas naar beneden kwam, en vroeg wat er aan de hand was. Er bleek helemaal niets loos te zijn en wij hebben er vervolgens nooit het fijne van geweten, maar vermoedelijk was er sprake van een romantisch avondje.’

Is er een moment dat je op je werk hebt meegemaakt dat je altijd nog bijblijft?
‘Dat zijn eigenlijk al die grappige en onverwachtse situaties en eveneens de heftige ongevallen of branden waarbij mensen te overlijden komen. We hebben een team opvang en nazorg, dat we kunnen inschakelen als dat nodig is. Soms gebeurt dat achteraf, als blijkt dat een vrijwilliger toch meer moeite heeft met een situatie dan verwacht. We kunnen ze ook al oppiepen als we bij een ongeval zijn en weten dat dit een grote impact gaat hebben.’

Heb je goed in de gaten wanneer een vrijwilliger het moeilijk krijgt?
‘Dat kan lastig in te schatten zijn. Iemand zou honderd keer goed tegen een ongeval of brand kunnen, en dan kan het in één keer omslaan. Als je een melding hebt bij iemand die je kent, of als er een melding is waar kinderen bij betrokken zijn, bijvoorbeeld. De vrijwilligers kunnen het zelf aangeven als ze het moeilijk hebben en wij proberen de signalen ook op te pikken. Wat lastig kan zijn, want we zien elkaar buiten de oproepen om alleen op de dinsdagavond. Die paar uurtjes kan iemand zich groothouden. Daarom vragen we ook aan de partners of ze het aangeven als ze bijvoorbeeld een verandering in gedrag merken.’

Wat vind je van het werk als vrijwilliger?
‘Het is mooi werk, deels toch echt om de sensatie en deels om het niet aan de zijlijn te hoeven staan als er iets gebeurt, maar te kunnen handelen. Ik vind het mooi om te zien hoe enthousiast de vrijwilligers hun werk doen, terwijl het best een hoop van ze vraagt. De opleidingen, veel oefenen, je werkgever en je thuisfront moet het accepteren dat je opeens weggeroepen kan worden en je hebt ook de verplichting een van de drie weken in Veenendaal te blijven omdat je opgepiept kan worden.’

Wat was voor jou de dag dat je dacht, ja, ik ga bij de (vrijwillige) brandweer?
‘Na de cafébrand in Volendam kwam er meer aandacht voor brandveiligheid en brandpreventie. Ik werkte toen in de bouw, had al te maken met hoe brandveilig gebouwen zijn, dus ik vond dat een mooie overstap. Overigens zat mijn vader ook bij de brandweer en vanaf dat ik een jochie van 14 jaar was had ik er al veel interesse in.’

Hoe kijken vrienden/ bekenden naar jouw baan?
‘Die vinden het wel interessant. Het is geen doorsneeberoep en op verjaardagen wordt weleens gevraagd of ik nog spannende incidenten heb meegemaakt, of dan zagen ze in de krant dat er een ongeluk was geweest en vragen ze of ik daarbij was.’

Wat zit er in jouw broodtrommel?
‘Ik heb geen broodtrommel mee. Ik ben voor dit werk naar Veenendaal verhuisd, vlakbij de kazerne. Dus tussen de middag maak ik lekker thuis een boterhammetje.’

Wat zijn kleine dingen binnen je werk waar je veel plezier uit haalt?
‘Ik haal plezier uit alles. Het regelwerk is soms veel, maar ik krijg er ook veel voor terug. De waardering die ik terugkrijg vanuit mijn collega’s geeft mij energie om mijn werk goed uit te voeren en door te gaan.’

Wat is het nare klusje, dat nou eenmaal bij je werk hoort, maar dat je liever niet zou doen?
Er valt een minuut een bedenkelijke stilte. Frank schudt nee en vertelt. ‘Ik draai nergens mijn handen voor om… tsja, wat zijn nou dingen die ik liever niet doe?’ Zijn collega vult in: ‘koffie halen’. ‘Zelfs dat niet’, lacht Frank weg, ‘Als ik zelf ga vraag ik jou zelfs of je wilt’. Na nog even denken, is daar dan het weloverwogen antwoord. ‘Een avondvergadering waar niets nuttigs uitkomt, dat vind ik minder. Zitten vergaderen om het vergaderen.’

En als vrijwilliger?
‘Het wegdek reinigen, als er een olie of iets dergelijks heeft gelekt. Overdag wordt dat uitbesteed, maar ’s avonds, ’s nachts en in de weekenden doen wij het. Ik ben wel van mening dat je als brandweer je beter met blussen bezig kan houden.’

Zijn er meer irritante meldingen?
‘Het is niet echt vervelend, maar als ik iets moet kiezen is dat wel de kat uit de boom halen.’

Wat vinden je vrouw en kinderen van je werk?
‘De kinderen vinden het mooi, ik heb drie jongens. De jongste is zelf ook helemaal gek van de brandweer. Mijn vrouw vindt het verder ook leuk, alleen niet altijd. Dat snap ik ook wel, als ik dienst heb, dan kan ik niet even mee boodschappen gaan doen en aan de ene kant van Veenendaal de auto parkeren en aan de andere kant winkelen. Of gisteravond, mijn vrouw wilde gaan sporten. De jongste was alleen thuis, maar de alarmontvanger ging en ik was weg. Wat dat betreft beheerst het wel een deel van je leven. Is er een verjaardag in Veenendaal, dan kan je erheen. Maar mijn familie komt niet uit Veenendaal, dus dat kan niet tijdens de dienst. Oh, en ik heb mijn kleding dan ’s nachts altijd naast mijn bed liggen. Mijn vrouw vindt dat niet altijd leuk, die zegt dan “Je legt je kleding toch niet op de grond”. Als ik word opgepiept kan ik zo mijn broek, trui, sokken en schoenen aandoen en ben ik binnen twee minuten weg.’

Wat doe je voor ontspanning?
‘Ik ga graag op vakantie, met het gezin met de caravan naar Spanje, Italië, Kroatië of een ander mooi land. En verder ben ik vrijwilliger bij de Alternatieve Elfstedentocht in Oostenrijk.’

Wil je dit de rest van je leven blijven doen?
‘Ja, ik wil dit blijven doen, zeker zolang ik er waardering voor blijf krijgen van de collega’s, het zelf leuk blijf vinden en er mijn energie uit kan halen. Dat is op dit moment zeker zo en als dat de rest van mijn leven is, dan is dat prima.’