Beroep in beeld: serveerster Anja Brouwer

Beroep in beeld: serveerster Anja Brouwer

Elke week spreken we de beoefenaar van een ander beroep, met deze week Anja Brouwer, serveerster bij brasserie Zeldzaam. We vragen haar hoeveel kopjes koffie er op een dag doorheen gaan, wat er dagelijks in haar broodtrommel zit en wat de ins en outs zijn van het werk.

Hoe ziet jouw werkdag eruit?
‘Ik werk drie dagen in de week, op maandag, dinsdag en vrijdag van 10 tot 6 uur. Ik begin met schoonmaken en zorg dat de brasserie er weer helemaal netjes bijstaat. Dan gaat de zaak om 11 uur open en begint de lunch. Meestal is dat gelijk wel druk, dus dat gaat vrij vlot. We hebben deels veel zakelijk publiek, maar ook winkelende mensen. Na de lunch komen de koffiedrinkers en na de koffiedrinkers de borrelaars en rond die tijd kan de boel klaargezet worden voor het diner.’

Hoeveel kopjes koffie gaan er op een dag doorheen?
‘Drie bakjes.’

In vaste pauzes?
‘Nee, dat doe ik even tussendoor. Dat hoort bij de horeca, hé. Je gaat geen half uur zitten om te eten en drinken, maar als het rustig is lunch je even wat.’

Wat zit er in jouw broodtrommel?
‘Ik kijk heel lief naar de koks, en dan maken ze wat lekkers klaar. Een leuke bijkomstigheid van de horeca!’

En heb je zelf nog tussendoortjes mee?
Anja wijst naar achter, op de tafel. Daar liggen mandarijnen, appels en peren. ‘Jazeker.’

Welke aspect van jouw werk heb je, voordat je eraan begon, onderschat?
‘Nou, niets. Ik heb zo’n 16 jaar ervaring in de horeca en er is eigenlijk niets… Brasserie Zeldzaam is niet heel groot, maar ondanks dat gebeurt er wel heel veel. We hebben boven een zaal waar partijen of een trouwerij kunnen zijn. En elk seizoen is weer anders, met eigen leuke dingen. In de zomer zit het terras vol, met de kerst is er een leuke samenhorigheid. Vroeger werkte ik ook met Koningsdag -toen Koninginnedag- maar sinds ik een dochtertje heb, doe ik dat niet meer. Ik vond dat ook altijd heel gezellig.’

Hoe kijken vrienden/ bekenden naar jouw baan?
‘In de horeca werk je juist op de dagen en tijdstippen die anderen vrij zijn. Ik ben zelf heel blij dat ik dagdiensten kan doen, zodat ik een normale tijd thuis ben voor mijn kindje. Veel mensen vinden dat de horeca zwaar is. Ik heb zelf dan de luxe van die dagdiensten, maar ik kan me wel voorstellen dat het wel zwaar kan zijn voor mensen die fulltime werken en de daarbij behorende horeca-uren draaien. Aan de andere kant ben ik er ook van overtuigd dat als je iets leuk vindt, dat het niet zo snel zwaar is.’

En wat vinden je dochter en partner ervan? 
‘Mijn vriend werkt ook bij Zeldzaam, hij is chef-kok. Hij werkt woensdag tot en met zaterdag van 11 tot 8. Ons dochtertje vindt ons werk heel leuk. “Hee, mam”, zegt ze dan. “Zullen we even gezellig gaan lunchen?” En dan bestelt ze bij papa een wrap kip. Dat zijn hele gezellige momenten.’

En jij en je vriend hebben dus alleen de zondag als gezamenlijke vrije dag?
‘Ja.’

En wat doen jullie op die vrije dag?
‘Dat is heel erg verschillend. Soms een dagje bankhangen, of een keer naar de Efteling. Ik denk gewoon wat iedereen doet.’

Wat zijn kleine dingen binnen je werk waar je veel plezier uit haalt?
‘Het omgaan met de gasten. Dat vind ik het áller-allerleukste! We hebben veel vaste gasten en ik vind het geweldig als je een van hen weer op de vaste dag rond dezelfde tijd weer binnen ziet lopen. Het voelt ook wel een beetje alsof dat míjn gasten zijn.’

Vertel, hoe zit het nou echt met de fooien?
‘Ik vind een fooi een leuke bijkomstigheid, het is toch een extra stukje waardering. Belangrijker dan een fooi vind ik dat de gast met een glimlach de deur uitloopt en later weer terugkomt. Natuurlijk is een fooi héél leuk, maar iemand die ontevreden de deur uitloopt, maar wel fooi geeft, dat hoeft niet van mij. Dat zie ik liever andersom.’

En… de gasten die niets geven. Vertel, wordt daar nog onderling over gepraat?
‘Nee, dat doe ik niet, en ik hoor dat ook nooit. Nou, let ik daar ook niet op hoor.’

Wat is het nare klusje, dat nou eenmaal bij werk hoort, maar dat je liever niet zou doen?
Er ontstaat een frons op het gezicht van Anja. ‘Iets dat ik met tegenzin doe? Even denken hoor.’ Gevolgd door ‘nee, nee, dat heb ik niet. Dat klinkt misschien raar, maar juist door alle verschillende dingen die ik op het werk doe, blijft het lekker afwisselend. En ik vind het ook echt niet erg om de ramen te zemen, het toilet schoon te maken of de afwas te doen.’

Wat is het vreemdste dat je hebt meegemaakt?
‘Ik ben best wel veel gewend, want ik vind niet snel iets vreemd’, geeft Anja aan. ‘Er is wel iets. Het gebeurt niet alleen hier, maar in het algemeen komt het voor dat mensen, met een groepje, aan een terras gaan zitten en hun eigen lunchpakketjes erbij pakken en dit uitgebreid op gaan zitten eten. En al die zakjes en pakjes, die laten ze vervolgens gewoon liggen rond onze tafels.’

En wat doe jij, als het bij jou gebeurt?
‘Ik blijf beleefd, maar ons bedrijf kan natuurlijk niet bestaan als iedereen met zijn eigen versnaperingen aanschuift. Ik stap op de mensen af en vraag vriendelijk of ze dat niet willen doen, omdat we een horecagelegenheid zijn en geen picknicktafel.’

Wil je dit de rest van je leven blijven doen?
‘Totdat ik erbij neerval’, zegt Anja stellig, zonder enig moment van twijfel. ‘Dit is het allerleukste werk dat er is en dat meen ik uit de grond van mijn hart. Horeca zit echt in mijn bloed.