Relatiecoach Cocky Drost over bindingsangst

Relatiecoach Cocky Drost over bindingsangst

'Heb ik bindingsangst?' Het is een vraag die relatiecoach Cocky Drost regelmatig krijgt. Zowel van singles die zich afvragen of ze wel geschikt zijn voor een relatie, als van mensen die een relatie hebben met iemand van wie ze niet zeker weten of hij of zij geschikt is voor een relatie.

Ik denk zelf dat eigenlijk niemand echt 'bindingsangst' heeft. Mensen hebben juist een aangeboren verlangen naar verbinding, naar liefde. Maar het klopt wel dat niet iedereen even goed is in dat verbinden – sommige mensen vinden het echt eng om iemand dichtbij te laten komen.

De manier waarop jij je aan anderen verbindt, ligt voor een groot deel aan de manier waarop jij je als kind hebt leren 'hechten' (op emotioneel niveau (dus niet met naalden en draden en andere toestanden)) aan anderen. Emotionele hechting heeft te maken met de manier waarop jij geleerd hebt mensen te vertrouwen, liefde te geven en liefde te ontvangen.

Die hechting vindt voornamelijk plaats in je kindertijd. Als het goed is, leer je de eerste drie jaar van je leven al dat je mensen kunt vertrouwen, dat er mensen zijn die om je geven en contact met je maken. Maar ook later in je jeugd vindt er zo'n hechtingsfase plaats, aan het begin van je adolescentie (de periode waarin je je ouders en andere volwassenen dus eigenlijk juist van je afstoot).

Er zijn, kortweg, vier hechtingsstijlen.

1. Veilige hechting
Zo'n 60% van de Nederlanders heeft zich op een veilige manier leren hechten. Dat betekent dus dat je relaties aan durft te gaan waarin je weet dat je kwetsbaar mag zijn en anderen durft te vertrouwen.

2. Angstig-vermijdende hechting
Je wilt je wel graag verbinden, maar je vindt het eng om anderen echt te vertrouwen. Soms twijfel je eraan of de ander jou wel echt de moeite waard vindt. Daarom laat je het diepste van je ziel liever niet zien. Dat zorgt ervoor dat je in een relatie de ander emotioneel niet dicht bij jou laat komen.

3. Afwijzend-vermijdende hechting
Dat verbindings-verlangen herken jij – op het eerste gezicht – niet zo. Jij houdt mensen liever emotioneel wat op afstand. Vaak heeft dat ermee te maken dat je ooit gekwetst bent geweest en een mechanisme hebt ontwikkeld om niemand echt dichtbij te laten komen. Je vertrouwt mensen niet snel.

4. Ambivalente hechting
Je laat mensen wel dichtbij komen en je wilt je ook graag verbinden, maar je kunt heel onzeker worden of de ander wel echt van jou houdt. Daardoor kun je claimerig of jaloers worden. Je hebt in een relatie veel bevestiging nodig, dat zorgt er soms voor dat er geen gelijkwaardigheid is.

Merk jij dat je het lastig vindt om je echt te geven aan iemand, om iemand dichtbij te laten komen of te vertrouwen? Dan kan het heilzaam zijn om je hechtingspatroon eens onder de loep te nemen. Iemand die zich in zijn kindertijd niet op een veilige manier heeft leren verbinden, kan dat namelijk wel leren in een relatie. Maar dat vraagt vaak wel om een investering.

Een investering die trouwens helemaal de moeite waard is. Want uiteindelijk hebben we allemaal liefde nodig…!